De Ronde van Frankrijk is niet alleen voor de renners zelf maar ook voor de wagens in de Tourkaravaan een helse beproeving. De teamwagens moeten aan hoge eisen voldoen. Wie rijdt ermee? Wat neemt een team zoals Alpecin-Deceuninck allemaal mee? En hoe wordt deze logistieke operatie in goede banen geleid?

De Apennijnen, de Alpen, de Pyreneeën en zelfs een heuse gravelrit: de renners krijgen tijdens deze Tour een stevig parcours voor de wielen. En dat geldt natuurlijk ook voor de volgwagens van de teams. Zij hebben hiervoor een vloot van betrouwbare en ruime wagens nodig. Alpecin-Deceuninck, het team van onder meer groenetruiwinnaar Jasper Philipsen en wereldkampioen Mathieu van der Poel, ging hiervoor een nieuwe samenwerking aan met Škoda, niet toevallig het populairste automerk in het peloton.

, vooral omdat we meer spullen kunnen meenemen dankzij de laadcapaciteit”, vertelt Jonas De Win, logistiek manager bij Alpecin-Deceuninck. “Vorig jaar moesten we bijvoorbeeld drie renners en hun bagage oppikken aan de luchthaven en dat was niet mogelijk met één auto. Met Škoda zou dat wel gelukt zijn. Er is ook meer ruimte en comfort voor passagiers, wat vooral handig is voor sportdirecteurs en andere stafleden, omdat ze tijdens wedstrijden uren aan een stuk in hun auto zitten.”

Škoda België ondersteunt het Alpecin-Deceuninck mannenteam én het Fenix-Deceuninck vrouwenteam. Topsprinter Jasper Philipsen is ook de nieuwe ambassadeur van het automerk. Het partnership voorziet een vloot van 35 wagens: 22 Škoda Superb Combi’s, 8 Octavia Combi’s en 5 Škoda Kamiqs. De auto’s worden geleverd via verhuurbedrijf LuxAuto, al jaren de vaste partner van het wielerteam. Met hun zuinige motoren, grote binnenruimte en uitgebreide fietsaccessoires zijn alle modellen geknipt voor deze taak.

“Onze vloot bestaat volledig uit automatisch geschakelde auto’s, zoals het wedstrijdreglement nu voorschrijft, om de veiligheid en effectiviteit te vergroten”, zegt Jonas De Win. “We hebben specifiek gevraagd naar Škoda Superbs om over meer ruimte te beschikken en we hebben meer vermogen gevraagd voor de auto’s van de ploegleiders. Zo kunnen ze hun aandacht bij de wedstrijd houden en snel geraken waar ze moeten zijn, of het peloton snel inhalen. Zestien auto’s zijn uitgerust met radiocommunicatie en twintig hebben een 

In de volgwagens zitten sportdirecteurs, mecaniciens en verzorgers om de renners zo goed mogelijk te helpen tijdens de Tour. Er gaat ook heel wat materiaal mee. “Tijdens de wedstrijd vervoeren de auto’s koelboxen met bidons, een gereedschapskist voor onze mecaniciens, reserveonderdelen voor de fietsen, helmen, schoenen, regenkleding voor de renners enzovoort”, verduidelijkt Jonas De Win.

Ook buiten de wedstrijd zijn de wagens belangrijk. “Elke minuut telt. Als ze voor het hotel geparkeerd staan, zijn ze startensklaar voor de crew en de renners. Zonder onze auto’s zouden we natuurlijk niet in staat zijn om de wedstrijd te volgen en onze renners bij te staan. Ze zijn dag en nacht belangrijk om ervoor te zorgen dat we onze plannen kunnen realiseren.”

Een rittenkoers van drie weken met een heel team is uiteraard een grote logistieke operatie. “We werken met een online logistiek platform dat speciaal voor wielerploegen gemaakt is”, legt Jonas De Win uit. “We voeren alles in het systeem in: vliegtickets, treintickets, reisroutes, hoteladressen, welke gasten komen, wie met welke auto rijdt enzovoort. Alle boekingen doen we zelf, zonder een externe partner. Toen ik begon te werken bij Alpecin-Deceuninck, gebruikten we nog uitgeprinte pdf’s en Excel-bestanden. Naarmate we als team groeiden, was het onmogelijk om op die manier te blijven werken. Gelukkig stonden onze teammanagers Christoph en Philip Roodhooft open voor verbeteringen, zodat we nu met slechts een paar kliks lastminutewijzigingen kunnen doorvoeren en iedereen op de hoogte blijft.”

Wie en wat zit in een volgwagen van een wielerteam?

Related Articles